Oma’s Erwtensoep

Print

Bereiding

• Schil de aardappel en snij deze in kleine blokjes. Spoel de knolselderij af en snij deze in kleine blokjes. Schil de winterpeen, halveer en snij deze in schijfjes. Snij de ui fijn, de prei in dunne ringen en hak de bladselderij fijn.
• Zet het vlees net onderwater op met de bouillon en laurier. Laat het sudderen tot het gaar is.
  Haal het uit de pan.
• Kook in het kookvocht, alle gesneden groenten. Leg de aardappelblokjes, knolselderij, spekblokjes en winterpeen en voeg dan het water toe (zoveel dat alles precies onder water staat). Voeg dan pas de ui, prei en bladselderij toe.
• Het kant-en-klare pakje soep door een zeef erdoor strooien. De erwten die er inzitten krijg je nooit gaar. In het pakje zitten fijne kruiden en het bindt lekker.
• Kook de gedroogde spliterwten in een grote soeppan., door de massa krijg je ze soms niet gaar (schuim er af scheppen). Als de erwten gaar zijn, bij de groenten doen.
• Breng het geheel aan de kook en zet vervolgens het vuur laag. Laat de soep in ongeveer 1 ½ uur zacht doorkoken. Roer af en toe goed door. Voeg een kwartier voor einde kooktijd de rookworst (gesneden in dunne plakjes) bij de soep. Zout en peper naar smaak toevoegen.
• Zorg wel dat je steeds goed doorroert want het brandt snel aan.
• Mocht de soep te dun zijn vul je het aan door er aardappel puree, in kleine beetjes doorheen te roeren.
• Laat de soep zeker één nacht rusten (afkoelen) voor je deze opwarmt voor gebruik. Een plakje roggebrood is er erg lekker bij.